Shetlanders
Start Omhoog Fjordenpaarden Haflingers Shetlanders Ijslanders Connemara

 


De Shetlander is het kleinste Engelse ras en komt oorspronkelijk van de Shetland en Orkney Islands. Deze eilanden liggen ongeveer 185 kilometer ten noordoosten van Schotland en hebben een guur, kil en stormachtig klimaat. De eilanden kennen geen boomgroei en bestaan voor het grootste deel uit rotsachtige aardlagen met een schrale en zure grond met weinig begroeiing, op enkele taaie grassoorten en schriele heideplanten na. Deze grassen, heideplanten en mineraalrijk zeewier waren het oorspronkelijke voedsel van de Shetlander. Dit is bepalend geweest voor de lage schofthoogte en het karakter van het dier.

Vermoedelijk zijn de Shetlanders ongeveer tienduizend jaar geleden, nog voordat het ijs zich had teruggetrokken, vanuit Scandinavië naar de Shetland Eilanden gekomen. Zij leken waarschijnlijk veel op de toendra-pony's. Nog altijd heeft de Shetlander extra grote neusholten, zodat hij de ingeademde lucht kan verwarmen voordat deze in de longen terechtkomt. Dit kenmerk komt voor bij alle paarden uit koude streken.

De Shetlander is bijzonder geschikt als eerste rijpony voor kinderen. Ze werken gewillig in het tuig en worden daarom ook in het circus gebruikt. Vroeger waren ze vaak te zien in openbare parken, evenals in de mijnbouw, waar ze zeer gewild waren. Op de Shetland Eilanden werden ze voor uiteenlopende werkzaamheden gebruikt. Zo droegen ze zeewier en turf aan voor de haardvuren. Ze kunnen een mens en zware draagmanden dragen, zelfs op ruw terrein.

De Shetlander beschikt ondanks zijn geringe afmetingen over een grote kracht. Hij is in staat om twee keer zijn eigen gewicht te trekken, wat een gewone koudbloed niet lukt. Zijn bouw verraadt deze kracht. Hij heeft een klein hoofd met een concaaf profiel en een breed voorhoofd. De oren zijn klein en fraai, de ogen expressief en de neusgaten zeer groot. De hals heeft vooral bij hengsten een kam. Hij is gespierd, evenals de schouders die sterk zijn, goed geplaatst zijn en afhellen. Ze zijn niet recht of gevuld en de koffer is bijzonder diep. De ruimte tussen de voorbenen is behoorlijk groot. De zwaargebouwde romp heeft een korte rug met zeer sterke lendenen en een diepe, krachtige ribbenkast. Op de brede achterhand, die overgaat in goed ontwikkelde schenkels, is de staart goed geplaatst. De benen zijn kort met sterke, vlakke pijpen, en staan recht onder de romp. De grote gewrichten tekenen zich duidelijk af. De hoeven van de Shetlander zijn rond en hard met blauw hoorn en normaal schuine koten. De staart en de manen zijn bijzonder vol en overvloedig en beschermen de pony tegen het weer.

De stokmaat is hooguit 1,10 m. Shetlanders kleiner dan 86 centimeter worden "Mini-Shetlanders" of "Miniatuur Shetlanders" genoemd. Deze mini's hebben duidelijk een waarde als curiositeit. Wel bestaat het gevaar dat ze de kenmerken van hun ras verliezen.

Shetlanders komen in veel kleuren en kleurpatronen voor. Het meest komen de kleuren zwart en donkerbruin voor, evenals bonte pony's. Door hun afkomst zijn de Shetlanders van nature taai. Ze hebben een sterk gestel en een bijzonder goedmoedig en rustig karakter. Dit maakt ze erg geschikt voor kinderen. Dankzij hun intelligentie leren ze snel en gemakkelijk. Shetlanders bewegen zich snel, met een tamelijk rechte gang. In de knie- en spronggewrichten beschikken ze over een kenmerkende springkracht die zich heeft ontwikkeld in de ruige rotsachtige eilandomstandigheden.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Laatst gewijzigd om 21/02/2003